Groenewegen maakt doorstart in
sterk afgeslankte vorm.
Boudewijn Wellink, een van de aandeelhouders van het failliet verklaarde
Groenewegen Fabricage van Wegtransportmiddelen bv,
maakt met een deel van
het bedrijf een doorstart. Daarmee is de toekomst van Groenewegen verzekerd.
Het bedrijf wordt sterk afgeslankt: van de zeventig werknemers
kunnen er slechts 10 weer aan de slag.
Wellink heeft uit het faillissement goodwill en machines gekocht en gaat daarmee
op kleine schaal verder met produceren. De fabriek in Bosnië, die niet
betrokken was bij het faillissement, neemt een deel van de assemblage over.
In Etten-Leur zal alleen nog carrosseriebouw en bouw van speciale voertuigen plaatsvinden.
De nieuwe onderneming
gaat Groenewegen Fabriek voor Wegtransportmiddelen bv heten.
Het huidige fabriekspand wordt verlaten. De flink afgeslankte onderneming
neemt zijn intrek in het pand van de werkplaats. "We beginnen bescheiden,
en bouwen de boel weer op", aldus Wellink. "Momenteel is de vraag in de markt
heel laag, het is op dit moment niet mogelijk om meer medewerkers weer in dienst
te nemen. Maar we zijn zeer gemotiveerd om met onze ijzersterke
merk en kundige mensen een kwaliteitsproduct te blijven bouwen zoals
onze klanten dat al tientallen jaren gewend zijn."
Wellink nam de fabriek in 2007 met zijn compagnon Alex Stempels over, en besteedde
de productie deels uit naar Bosnië. Het lukte hem om het bedrijf in de eerste helft
van 2008 weer winstgevend te krijgen. Maar in september 2008 kwam de kredietcrisis
en nam de order-intake met zo'n 80% af. Groenewegen had niet genoeg orders in de
portefeuille om de slapte te overleven.
Wellink noemt het faillissement van de Nederlandse fabriek "een noodzakelijke stap" die hij nam omdat
er geen andere wegen meer openstonden. "We hebben hiermee problemen voorkomen
voor de werkplaatsen en de Bosnische fabriek, die wel renderend zijn."